Wandelend met de fiets
Een lekke band
Verschijnt daar uit het niets
Een harde hand
Liggend op de grond
In elkaar gekrompen
Staan ze in het rond
En blijven stompen
De blik in hun ogen
Ver en vol agressie
Allemaal voorover gebogen
Een en al pressie
Die tomeloze woede
Niet meer weten wat
Niet meer op hun hoede
Één zwart gat
Blijven ze gaan
Met schreeuwen en vloeken
Met schoppen en slaan
Raak, in alle hoeken
Stil en ineengedoken
De straat kleurt rood
Botten gebroken
In ademnood
Vechtend voor het leven
En afvragend waarom
Rillend en beven
Allerlei gedachten, zo krom
Op de verkeerde tijd
De verkeerde plaats
Leverend een immense strijd
En nu voelend als melaats
Getekend voor het leven..