Freestyle Gedichten
Gedichten langer dan 160 tekens.
Het vileine geel
in jouw bloedrood
zullen hanen kraaien
het vileine geel
waarmee je stilte schijnt
is voor even verleden tijd
ik voelde je krachten
zag hoe licht verschoof
van geel naar rood
zich spreidde en jou
oplichtte in duister blauw
jij kon niet meer
de spiegel zijn van
het nachtelijk vergeten
waarop jij eonen lang in
koele rust hebt neergekeken
pas als de nacht
zal stokken en de zon
ter kimme stijgt geef jij
de vage kleur weer prijs
die altijd aan de hemel prijkt
Ons eigen paradijs
blikken zijn veranderd
ogen lichten op in schermblauw
zien gauw een stukje wereld
verdwijnen weer in virtuele kou
open zicht is een
zeldzaam fenomeen geworden
vreemd het kijken naar elkaar
geen klikjes toch een paar
het voelt als een gemis
naakt omdat er geen verbinding is
zonder kudde lijkt het kil en leeg
omdat niemand je een like-je geeft
nog piepen alle apps
trilt en zoemt het apparaat
vraagt aandacht om er bij te horen
maar jij en ik zijn aan de praat
om eindelijk terug te keren
naar het werkelijk bestaan
zonder dwang en eis weer te
gaan werken aan ons eigen paradijs
De groten gelezen
ik heb er jarenlang op
gejaagd en ieder gevraagd
naar het geheim van leven
de groten gelezen
maar hun exegeses konden mij
geen antwoorden geven
geploeterd en geliefd
hoe diep ik ook groef
aanwijzingen kwamen er niet
tot ik begon met
het loslaten van zaken
toen kon ik vorderingen maken
het werd transparant
in het voorzichtig
naderen van de overkant
ik ken nu eindelijk
het geheim van leven
alleen dood kon me dat geven
Onder oplichtend wit
ik voel aan strand
de warme energie van
het collectief geheugen
in grijsblauw doorzichtig
schilderen golven ons leven
onder oplichtend wit
zij kabbelen gedachten
fluisteren woorden uit
de boeken van bestaan
alles is opgeslagen in
minuscule flintertjes zand
glijdend door de losse hand
zacht draagt wind
de refreinen van ieders lied
het eeuwig nirwana vergeet jou niet
Spielerei en gekte
we draven door
en graven weer
naar de geschiedenis
van het authentiek detail
in de cirkel der historie
is dat altijd het geval
als wij in een stijlloos
vacuüm zijn beland
de mens grijpt terug
naar schoonheid uit
verleden tijd omdat heden
zonder inspiratie blijft
ook muziek en schilderkunst
borduren voort op
vroegere patronen maar
vernieuwing wil niet komen
chaos schrijft in gedichtenland
omdat ieder alles van poëzie
denkt te weten zijn slechts
spielerei en gekte overgebleven
Kittig hoog klikken hakken
verleidelijk winkelt de straat
dringt ongemerkt haar kleuren op
aan argeloze passanten
warm vertellen geuren op
delicate wijze hoe laat het is
nodigen uit tot een kleine dis
maar niet nadien etalages
hun snuisterijen hebben getoond
appellerend aan de smaak van de koper
verlokkelijk is bling bling
dat opgepoetst straalt
en artistiek fraai is uitgelicht
kittig hoog klikken hakken
het wachten is passioneel amicaal
met de vrolijke taal van witte wijn
zachte muziek schildert
in speelse tonen een achtergrond
van beleven en uitgekomen dromen
In confrontatie
ik heb het landschap uitvergroot
groen in duizend tinten
op maagdelijk linnen gladgestreken
maar aan pigmenten kleefde dood
wilde het vitale en de
oerkracht van de zee weergeven
golven vangen in hun schuimig grijs
zelfs geen waterspat bleef hangen
zag de storm schimmig jagen
voelde uit donkere wolken regen vlagen
striemend pal in mijn gezicht
het woest natuurgeweld heb ik gemist
ik zoek altijd naar extremen
om weer te voelen dat ik echt besta
niet de zachtheid van het meebewegen
maar in confrontatie met waar ik voor ga
Lachte geluk
hij speelde met blokjes
in alle vormen en kleur
stapelde langzaam tot bouwen
in tijdloze aandacht
lachte geluk voelde hij
warmte en vertrouwen
toen kwam het kind
speelde met wind
danste op hoge voeten
haar open gezicht
bleek en wat sproeten
groette hem stil
in voorzichtig kijken
begrepen zij beiden
dat ieder anders was
speelde op eigen wijze
samen en toch apart
dat echt delen voor later was
Terwijl storm bossen rooit
weer laat de natuur zijn
vleugels vieren om de ondraaglijke
saaiheid van het leven te versieren
de rivieren zijn geknecht
hun speels meanderende bochten
afgesneden en weer recht gelegd
maar een stortvloed zal
de vele dijken doen bezwijken
water zal zijn overloop weer krijgen
hagel gaat de oogsten stenigen
terwijl storm bossen rooit en
een regenboog de heuvels glooit
kom maar heldere zon
en brandt het laatste tere blad
in de verstuiving tot woestijnen
nog zijn het slechts details
maar de eerste tekenen zijn er al
saaiheid brengt het leven in verval
Het vlammend rood
de bosrand
staat nog vlammend
in rood krijt bij het
afscheid van de zomer
waar groen
al donker duistert
draden elkaar kruizen
tot herfstige huizen
heeft zij de zon gekeerd
op hete dagen hitte
geweerd en verwezen
naar trillende einders
zij was de poort
van het schaduwrijke bos
het veilige oord
voor schuilende dieren
nu kaalt de dood
als brekende wind
verbleekte takken in het
vergeten vlammend rood
Het applaus is grijs
hij poetst en polijst
spreekt van zilver
maar zijn woorden
slaan zwart uit
wanhopig kijkt hij
zijn toehoorders in de ogen
ziet wat hoofden gebogen
terwijl de rest hem ontwijkt
nog is hij niet klaar
wie zwijgt stemt toe
maar het applaus is grijs
en zijn stem doodmoe
als hij het katheder verlaat
met een nietszeggend gebaar
ziet hij op de voorkant prijken
spreken is zilver goud het zwijgen
Wat kan ik zeggen, psychiater?
Wat kan ik zeggen
tegen zo iemand zoals jou
-tegen iemand die alles al heeft
die zit toch niet op mij te wachten?
Wat kan ik tegen je zeggen
Moet ik je nog meer van mezelf uitleggen?
Of zie je dat dan als een groot meelij
dat ik dan voor mezelf zou voelen,
nee, met mij
is het niet zo gesteld.
Nee,
Ik zeg je niks
Ik wacht wel
totdat jij je vragen stelt.
Naschrift:
Beste psychiater...
nog maar een keertje
tot later...
Zal mijn geluk wederkeren:
of zal ik het...
nooit leren....(!)
Nacht
Wat verwacht
je van de nacht?
Je kunt ook zeggen:
Wat vermag
voor jou de dag?
Laat mij maar kiezen voor de nacht
De nacht met al zijn pracht
Die stilte, die programma's
op de radio
Nee, overdag zijn die niet zo
De nacht doet zichzelf leven
Dagen duren te lang
en nachten maar even.
Liefde voor de nacht
In mijn diepe binnenste
zit een beetje verborgen
een voorliefde...
De liefde voor de nacht
's Nachts, huizen donker, buiten lampen aan
Niemand die voorbij je huis kan gaan
en er zo naar binnen kijkt
Zeg eens
of het je ook niet wat meer lijkt?
Een vlinder ben ik
Een nacht-vlinder
Als je ermee leert leven
heeft niemand ervan hinder.
Het heet sociaal (Het is de maatschappij)
Eenheid in de wereld, eenheid in de kerk;
Gereformeerd of katholiek, 't Is allemaal gekkenwerk.
De baby is reeds anarchist, ja maar dat is toch ook niet raar;
Want de opa's van tegenwoordig zijn toch ook nog punkies, nietwaar?
Toch niet? Wat vreemd en uit de tijd maar; wat doet hij dan?
O, is hij secteleider, dat wil ik ook worden in mijn volgende leven,
ik ga in de leer bij die man.
Och nee toch maar niet want dan is een pacifist, nog origineler;
Nee, ik word een met pensioen-gaande helderziende,
anders word ik met de dag scheler.
1981
Erwina alias Pina Jones
Opnieuw beginnen
Je lijkt altijd zo vrolijk
en opgeruimd
Maar ik weet
Jij bent niet altijd zo olijk
en goedgeluimd.
Verdriet en eenzaamheid
begeleiden je.
Een geschenk
uit een diep verleden.
Je zegt me
wat je raakt, schrijft me wat je denkt
want ik behoor tot het heden,
misschien omdat je vermoedt
en weet
dat ook mijn leven niet vrij is
van zorgen
en ik ben blij dat je dat doet
omdat ik weet:
Iedere dag is er weer een nieuwe morgen
voor jou, voor mij, voor iedereen.
1982, Pina Jones
Dode onschuld 2
Wie ben jij
zo stil in mij
weggedoken in een hoek?
Wie ben jij
zo eeuwig blij
als de bladzijden
van een boek?
Wie ben jij
die alles ziet?
Wie ben jij
die zo geniet?
Wie ben jij
die alles heeft
maar nooit haar geheimen
prijsgeeft?
Wie ben jij, lief,
wie ben jij?
Ben je ècht
een deel van mij?
1982, Pina Jones.
Een verklaring? Nee....
Wat je zegt, of
wat je voelt ;
Met alles wordt toch
wat bedoeld.
Wat je vraagt, of
wat je geeft;
Alles heeft een keer geleefd.
Zorgen groot, of
zorgen klein;
Iedere dag
een nieuw refrein.
Of je huilt
of dat je lacht;
En dat alles
door een Hoog're macht
Daarom, laat ik je dit zeggen:
Hoef je mij,
niets uit te leggen.
1982, Pina Jones.
Toekomst
Als je alles van te voren wist
gaf je op
en lag je nu al
in de kist.
Maar goed dat de toekomst
een vraag voor ons allen blijft.
En dat elk levensjaar
ons in wijsheid rijpt.
Fouten zijn geen fouten!
Lifestyle: Make-over!
Nieuw van buiten, nieuw van binnen,
met een schone lei opnieuw beginnen.
Ja, geen 'fouten' maken is toch het doel;
Maar als je er van leert, nou ja...
Uiteindelijk zijn we allemaal mensen
met gevoel.