Freestyle Gedichten
Gedichten langer dan 160 tekens.
Hun stervenspijnen
onbestendige
tinten grijsden
met angst
ons bestaan
er waren geen
rustpunten in
de hectiek
van vluchten
met vrees en
schrik in weten
wat ons en ik
gaat overkomen
in het slechtste
samenraapsel van
onze dromen die
we ooit beleefden
het waren de
hoge uithalers
in de muziek die
opborrelden uit
aarde waar modder
drab en verrotting
hun stervenspijnen
krijsten om medelijden
wij hebben die
processen al zien
eindigen in versteende
doodskrampen
voor eeuwig
opgetekend in breuken
en lijnen die dead valley
dodelijk hebben gepijnigd
De illusie
en toen ging
het licht uit
sprong ik
vooruit
zonder
dubbele bodem
wel met
wanden dichtbij
voor de illusie
dat ik gleed
de vaart
was voor mij
die afgelegde
massa registreerde
maar het eind
kwam niet nabij
bodemloos
snakte ik naar
info zonder
enig houvast
ik wachtte op
confrontatie
om te bevestigen
dat ik ergens was
mijn bestaan
te relateren aan
wat anderen voor
mij probeerden
het leek voor
niets geweest allen
hadden de geest
gegeven maar aan wie
Vriendinnen
het grote gat
dat jouw
verscheiden
heeft geslagen
is niet alleen
gemis maar
loopt als breuk
door alle lagen
in het weten dat
er een andere
werkelijkheid is
snel zal
leegte zich
vullen met
tal van lieve
herinneringen
als vriendinnen
die in jeugd
en later het
leven bekeken
uit een heerlijk
zorgeloos bestaan
nu ben jij
verlost van
pijn en verdriet
maar de stukjes
samen die
wij mochten
beleven
sluit ik lief
koesterend
apart in
mijn hart
Vlakbij de dood
de stilte
vlakbij de dood
bekende geen
kleur meer in
bewegingloze melodie
ondefinieerbaar
beklemmend grijs
sloeg vaag neer
in vertragend
afdekkende tijd
de condoleancerij
schuifelde op
geluidwerend tapijt
waarboven muziek
met donkere tonen
het verdriet van
de afgelopen tijd
heel lichtjes
in tranen deed
weg stromen
Alleen de verte wenkt
ik word gek
van het geschuifel
en gekuch
een voortdurende
stroom mensen
glijdt over de vloer
zonder richting
en beoogd doel
van buiten
is er weinig
over binnen
op te merken
de lange vitrage
houdt mensen
weg van de ruiten
versluieren het zicht
ik probeer
ogen te vangen
maar ze blijven
niet lang hangen
te kort voor een
herkenning en
oplichting van iets
uit vroeger in de blik
ze gaan zonder
gezicht in de laatste
cirkels van leven
niemand die hen
de koers geeft
in omarming of troost
alleen de verte wenkt
nog is de afstand te groot
In de hemel
nog neem ik
mijn stapstenen mee
heb er genoeg om
mijn bagage
droog te houden
met eerbied en uit
erkentelijkheid
gekozen maar ook
voor stukjes drift die
boven komen drijven
nog kan ik droge
voeten houden
maar ik moet keuzes
maken en zaken
kwijt zien te raken
om mijn pad te
blijven volgen mee
te dragen in liefdes
verbondenheid dat
iedereen begrijpt
en dat steeds
meer van mij gaat
vragen en opluchting
geeft tot het laatste
steentje verdwijnt
omdat er nu een
vogel op landt is er
gelukkig voor mij
nog enkel een plaats
in de hemel vrij
Stukjes zien sterven
ik heb al
te veel stukjes
zien sterven
te snel
omdat er in
de laatste
ademfase
geen adequate
hulp meer was
niet om de
processen
te keren maar
om de pijn van
het flamberen
van leven te
nivelleren het
gaan dragelijk
te houden
zacht is de
troost van het
samen lijden
in een strijd die
al verloren was
maar die de
conceptie van de
nieuwe aarde
al met zich draagt
De vertrouwde setting
de stemmen
waren overal
ze raakten geen
oren maar ieder
kon de woorden
horen in zijn
gedachten op een
meegaande manier
verzet tegen de
boodschap had
geen enkele zin
er was steeds de
boodschap tot die
voltooid was en
de zinnen hun verhaal
aan ieder hadden verteld
er waren geen
identieke story's alles
had betrekking op
het persoonlijk leven
in deze wereld en
hoe dat voortaan
in tijd en ruimte
zou gaan verlopen
er was onwennigheid
voor de stilte geweest
daarna begon het
spreken in het
persoonlijk verhaal
de weg om te gaan
die waarheid kreeg door
de vertrouwde setting
Veelbetekenend
iedere dag
trek ik mijn
aardejas aan
schud eerst
het weer van
gisteren eraf
en ben benieuwd
wat er voor
vandaag al op ligt
maar de laatste
dagen kost het
passen moeite
alsof hij door de
komende herfst
krapper wordt
ondanks het fruit
en de schitterende
oogstkleuren
de souplesse
is er ook al niet
meer bij het
uitgaan alsof
de jas geen zin
heeft om met mij
op stap te gaan
en samen gezien
te worden
het regende met
slaande wind de jas
wilde niet sluiten
ben onbeschermd
naar buiten gegaan zag
veelbetekenende gezichten
alsof de mensen wisten
de schepping in snel
tempo op retour
Een deal
hij was een
meester in het
verleggen van
verantwoordelijkheden
die hij pas als
laatste redmiddel
naar voren bracht
daarvoor speelde
hij menselijke
zwakheden tegen
elkaar uit door
ze alleen al te
benoemen met een
achteloos gebaar
geknipt en
geschoren kwamen
zij timide onder
het mes vandaan
dachten een deal te
hebben maar hij had
hen stevig bij de staart
Op zoek naar het einde
Het tochtte
Duidelijk voelbaar
Maar deuren en
Ramen waren
Gesloten geuren
Kwamen In
vlagen van buiten
uit een gefruit
stukje lente
vers van het mes
uit pluizen en
grassen zomaar een
optie om de natuur
in te gaan en daar
te kijken hoeveel
tijd er nog is te gaan
een opwelling of
keurig geregeld of
worden de tweede of derde
macht daarvan verdacht
sinds de mens
de landbouw heeft
losgelaten voor de
commercie is de
entropie gigantisch
toegenomen zonder
vorm van onderhoud
ook insecten, bacteriën
en ander seizoenleven
plagen het restant mens
door ongecontroleerde
vergiften en groei
watervervuiling door
illegale lozingen en
vakantiebezigheden
zonder enige mate van
opruim en toezicht
door de steeds verder
weg trekkende mens
op zoek naar het einde
De boom
we telden
de bomen
snelden er
voorbij
in de euforie
van passeren
konden wij
nog een haaltje
van de ballon
proberen
terwijl vage
lichten streepten
op de ruit
van binnen
beslagen door
verhitte adem
de spanning
moest eruit
dan de stilte
met dodelijk
besef in het
scheuren van
staal draait de
auto zich sloom
om de boom
stuitert de motor
naar de sloot
sissend van
hitte in stoom
gebroken trachtte
de boom
nog uit de dood
op te staan voor
de inzittenden
kwam echter
alle hulp te laat
Besluitenloosheid
ik zwaaide
mijn handen
al zwart van
de aarde uit
het graf dat
ik aan het
graven was
zij liepen nog
in stilte hun
rondes tot ook
zij de tekenen
waarnamen
dat ook hun tijd
gekomen was
vertraagden
hun passen in
besluitenloosheid
om alles te rekken
wisten uit ervaring
dat bewegen
nog leven was
De laatste anderhalfwereld
de opstand
van het vlees
komt langzaam
van de grond
het beest loeit
knort vergadering
uit niets gaan er
stallen in de hens
de oorzaak ligt
weer bij de mens
insecten virussen
bacteriën nog
nauwelijks met
het oog zichtbaar
geven infectiekans
tot de dood volgt
remedie is nog niet
gevonden geen winst
bepaald dus behandel-
nood niet opgeschaald
mensen behandelen
elkaar als dieren laten
ze verdrinken zij stikken
tijdens vervoer liegen
en bedreigen stelen
hun laatste geld
strippen ze als kippen
kinderen verkocht
op de vlucht uit een
land met oorlogslucht
er is geen arm en rijk
wel haat en nijd
de ikkes stikken in
geld zijn uit om met
geweld hun macht
te laten gelden om zo
de ondergang van de
schepping te versnellen
met goed beter best en
de pest voor wat rest
Engelen in anderhalfwereld
de mens opgroeiend
in het pas geschapen
land voelde zich alleen
zonder band en kreeg
steun op het spirituele
vlak hoe alles in elkaar zat
over zijn ziel die geen
menselijke authenticiteit
bezat maar op geestelijk
terrein de kenmerken
van een engel had en
in gevaarlijke tijden
bewaarengel waren
omdat er dan een
extra laag sociale
begeleiding werd
ingesteld ter beveiliging
tot alles rustig was
geestelijke leiders
hebben die bestuurslaag
omgevormd om de mens
te manipuleren speciaal
zijn lichaam tot broeder
ezel te denigreren
De anderhalfwereld
we klokken heden
willen terug naar een
verleden waarin de
schepping door de
mens te begrijpen was
aangesproken kon worden
in de zielentaal die
universeel door
zielsbegiftigden
communiceerbaar was
in onze hoogmoed
dachten wij meer en
beter dan andere zielen
te zijn hebben de
raakvlakken door de
eeuwen heen laten
vervagen tot alleen
het basale bestaan
nog door kon gaan
zonder direct contact
nog zijn er mensen
die dieren begrijpen
voelen hoe zij mensen
ervaren en hongeren
naar spiritueel raken
alleen wij zijn vergeten
hoe dat moet en weer
op gang kunnen krijgen
met flora en fauna en al dat
leeft in de anderhalfwereld
Met spijt
we dromen
samen weten we
dat ze al eerder
zullen komen
de schatten die
de aarde ons
mee zal geven
ter herinnering
aan ons leven
op deze planeet
in een pas laat
gekomen besef
hebben wij te hooi
en te gras onze
beelden verzameld
op afroep of in
genieten pas later
nu even geen klassiekers
en wereldwonderen
die zijn geïnventariseerd
nu zijn het aarde en
mens in groot en klein
leven die de revue
passeren met alle tranen
en pijn die er bij de mens
en zijn geboorteplaneet
zijn in het met spijt losmaken
van de goddelijke band
die zijn hand ons in de
schepping gegeven heeft
De gesel
wie heeft
in godsnaam
de gesel op
deze wereld
losgelaten
het boek
met genetische
blauwdrukken
uitgegeven als
geschiedschrijving
ja dat van de
apocalyps met
het menselijke als
leidraad eet
of wordt gegeten
van micro
naar macro
waarbij de grote
soorten al
verdwenen zijn
en het grut
listigheid in
virale en bacteriële
vorm op de mens
heeft losgelaten
het misbruik
van de natuur is
het nog kloppend
hart van het
einde geworden
toen het echte
genenblauw op was
en de zon als energie
en leven gevend door
vervuiling doofde
De confrontatie
we zijn
opgeroepen
om te komen
kijken op
alle wegen
van oost
tot west naar
de restanten
van het vergane
aardse leven
dat door ons
zo vreselijk
is verpest in
afwijkingen
en allerlei ziektes
de confrontatie
voor het laatste
oordeel er zijn
geen wegen terug
want in de schepping
was synchronisatie
de hartenklop
en zon een geweldige
energiebron uit
het universum
het koolzuur en
stikstoffeest dat
de mens heeft
genoten was zonder
eerbied voor ander leven
Hebben wij verkloot
wij hebben
de wereld die
wij op onze
handen droegen
kleiner zien
worden in het
langzaam
verdwijnen van
verten en horizon
stiller in menselijk
en omgevingscontact
waar deuren sluiten
ook vreemdelingen
komen er niet binnen
daar waar geen
nieuw bloed
elkaar ontmoet is
de reis gedaan
ook hoe vee en
gewas de cirkel
niet halen omdat
wij hun lozen als
te veel mest niet
goed bekomen
pas nu pakken
wij elkaars handen
beduusd waarom
wij dit lieten gebeuren
alle leven en dood
hebben wij verkloot