Freestyle Gedichten
Gedichten langer dan 160 tekens.
Je stralende gezicht
er is geen balans op te maken
niets houdt elkaar in evenwicht
de enige activa die ik bezit
ben jij met je stralende gezicht
uit de prilheid van lente groende
jij zomer en bloeide beeldschoon
kleurrijk oogde herfst in rijpende oogst
voor koude dagen die om feesten vragen
ik heb ooit je hand gepakt
toen ik onomkeerbare liefde zag
het laatste voornemen dat ik toen nog had
was je liefhebben met heel mijn kleine hart
dat is gebleven als doel om voor te leven
ook in onthutsende momenten waarin
geven voor even op proef werd gesteld
gezondheid en geluk is het enige dat nu nog telt
Scheiden
Ze hadden elkaar trouw beloofd
En wilden zich aan elkaar toewijden
Tot dat de dood hen eens zou scheiden
Maar de liefde was eerder gedoofd.
Ze gingen met veel moeite uit elkaar
Ook met pijn en verdriet in het hart
Het samenleven werd hen te benard
Ze maakten hun beloften niet waar.
Het is niet de wens van God, de Heer
Dat man en vrouw elkaar verlaten
En niet meer verder willen praten
Maar Gods liefde keert steeds weer.
God zal nimmer van ons scheiden
Hij houdt Zijn woord gestand
En houdt ons in Zijn sterke hand
In al ons verdriet en in ons lijden.
Ondanks ons menselijk falen
En ons menselijk onvermogen
Blijft God met ons bewogen
Ook in deze, toch diepe dalen.
Gewoon
Vroeger was geloven heel gewoon
Het hoorde er toen helemaal bij
Maar die tijd is al lang voorbij
Geloven is niet meer zo gewoon.
Vroeger ging men gewoon naar de kerk
Maar nu laat men het vaak afweten
En is het net of men God is vergeten
Door de drukte van belangrijker werk.
Is het een teken van deze moderne tijd
Dat men niet meer gewoon gelooft
En andere dingen heeft aan het hoofd
Wordt het geloven een zeldzaamheid?
God is getrouw, dat mogen we weten
Hij laat niet los en Hij wil ons leiden
Ook als wij verder van Hem afglijden
Zal Hij Zijn schepselen niet vergeten.
Oud en Nieuw
Het oude jaar is bijna verstreken
We staren naar de klok
En nemen nog een slok
We hebben het weldra bekeken.
Het is nu omstreeks middernacht
De klok tikt en slaat bijna 12 uur
Buiten is het erg koud en guur
Het nieuwe jaar wordt verwacht.
Dan is het tellen geblazen
... negen, tien, elf, twaalf keer
Het oude jaar is niet meer
We vullen nog even de glazen.
We geven elkaar de beste wensen
Met veel heil en zegen
Op ieder zijn wegen
En vrede op aarde voor alle mensen.
Geve God ons allen een goed jaar
Zonder rampen, onheil en geweld
Dat overal de vrede worde hersteld
Een veilig jaar zonder enig gevaar.
Uit donkere plooien
ik heb
het bos ontkleed
zijn bladerjassen uitgedaan
alle spinrag
is verdwenen
naakt komt het voor mij staan
ongenadig hakt het licht
de laatste spaanders
uit donkere plooien
verwaait wind
lichte varens en de
stilte van het beschutte ven
de open plek
is kaal bij volle maan
wat heksenhout is blijven staan
troosteloos steken
stammen hoog in de lucht
ook hier is de mystiek gevlucht
Weinig mystiek
ons rest nog
maar weinig mystiek
door rationele repliek
ook de magie wordt
in het logisch circuit
stevig te kijk gezet
wij zijn verworden tot
automaten die zogenaamd
iets zinnigs uitbraken
geloof hoop en liefde
zijn niet te vatten omdat
zij nooit in structuren passen
godzijdank zijn er nog
dromen waarin sprookjes sagen
en legenden tot ons kunnen komen
schijnt toeval en verbazing
dwars door de dubbele beglazing
van onze geïsoleerde geest
Vleugjes kerst
ik zie de ster
in glans afnemen
streek voor streek
een kleine felle
schittering nog in
driekoningenweek
de stal is tochtig
vervallen en uit zicht
na het warme hemels licht
passanten zijn geteld
weer terug op weg
naar eigen huis en stek
van bethlehem naar
het verre nazareth
waar leven zich weer zet
nog ademt het decor
wat liefdevolle vleugjes kerst
maar de kerstboom is al weggezet
Van dood hout
ik zag takken breken
wist ze van dood hout
vluchtend voor de wind
die ze jaren wiegde
in het groen als kind
nog weerspanden zij
al buitelend zijn kracht
caprioolden op de vlagen
maar grondden roemloos
tussen het gevallen blad
waar klein grut
zijn onzichtbare bestaan
krioelde in het donker van
de nacht en volle maan
om blad en takken af te breken
tot elementen voor nieuw leven
Afscheid van velen
ik heb afscheid moeten nemen
van velen in mijn leven.
maar ze leven nog steeds in me.
het is geen werkelijk afscheid
ik kan altijd aan ze denken.
en dan doet het niet zo een verdriet.
onze gedachten gaan niet weg van ze
ze maken er altijd plaats in
hoe heerlijk is dat
dat er geen werkelijk afscheid is
dat is heel mooi!
Een engel
hoe zal ik een engel beschrijven
er zijn engelen met vleugels
en engelen zonder vleugels.
maar allen zijn ze rein
en brengen vreugde
in het leven van velen
ze hebben geen fouten
maar geven enkel
zij denken niet aan zichzelf
maar denken altijd aan de ander
zij zijn in de geest verbonden
met god, die hun heeft geschapen.
ieder mens heeft zo een engel in de buurt
wat een geluk dat er engelen zijn
we zouden niet zonder ze kunnen.
Jij en ik zijn één
ja, lieveling,
het is ervan gekomen dat we trouwden
we werden verbonden in de echt
we zijn altijd voor elkaar bestemd
en zijn voor elkaar geboren.
nooit gaan we weer uit elkaar.
we hebben elkaar trouw geschonken.
onze trouwkus was innig, teer en zacht
lieveling,ik hou zoveel van je
je hebt mijn hart gestolen.
we zijn heel gelukkig,
en kunnen ons geluk niet op.
het geluk is ons zomaar in de schoot geworpen.
dankbaar zijn we,
dit geluk te mogen ervaren.
Timothy
Timothy, onze jongste zoon
wat houden we van hem.
hij is rustig,
zegt met weinig woorden
wat hij op zijn hart heeft.
hij is lief, zorgzaam,
een kind naar ons hart.
wij houden zoveel van hem.
hij heeft zich ontwikkeld
tot een heel lief kind
dat ons zomaar geschonken is.
het is een kind uit duizenden
zijn sluike blonde haar
heeft hij van zijn vader
en zijn mooie bruine ogen ook.
hij is een plaatje,
zomaar uit een prentenboek gestapt.
Ik verlang naar de nieuwe aarde
ik verlang naar de nieuwe aarde
waar het goed zal zijn
deze wereld wordt elke dag vreemder
ik voel me hier niet thuis
en hoop zo dat god ons spoedig haalt
naar de nieuwe aarde
die verlangend op ons wacht.
wat zal het daar toch prachtig zijn
wat geen oog gezien heeft
en geen oor gehoord heeft
is bereid voor hen die u liefhebben.
ja, we kunnen ons niet voorstellen
hoe mooi het daar zal zijn.
heel prachtig, majestueus.
ik wacht er met smart op.
Zelfvertrouwen
ik heb jou alles gegeven
teveel misschien
ik heb teveel over me te
laten lopen
en dat maakte me ziek
en mijn zelfvertrouwen
werd steeds minder
ik hoop toch te herstellen
en mijn ware ik weer terug
te vinden.
Ik heb je niet vergeten
ik heb je niet vergeten
je was me zeer dierbaar
maar het kon niet meer waar zijn
dat we bij elkaar waren
we vonden elkaar niet meer
in onze gesprekken
alles was dood tussen ons
en we moesten allebei
verpleegd worden
beiden hebben we zwakke zenuwen
maar ik ben je nog niet vergeten
je bent me nog steeds
erg dierbaar.
nu ben je mijn vriend
ik heb geen hekel aan je.
Je redt me elke dag
lieveling, je komt me redden
elke dag voel ik je lieve kracht
en ik voel dat je van me houdt
je wilt niet dat ik verloren ga
ik zal me bij je gelukkig voelen
we zullen samen kerstfeest vieren
met de kinderen die ons zullen omringen
wat zullen we gelukkig zijn
je bent het mooiste wat mij
ooit geschonken wordt.
lieveling, niet meer dralen
maar kom nu
mijn lampje is brandende
je zult mij gemakkelijk kunnen vinden.
ik spreid mijn armen wijd uit
en zal me in je armen werpen.
lieveling.
Demonen
demonen, ze zijn er
ze duiken zomaar op
en willen ons vernietigen
ze willen ons van god aftrekken
maar het zal ze niet lukken
want onze god is sterker
en al ons helpen te overwinnen
groot is zijn trouw
hij zal niet toelaten dat
iets of iemand ons
uit zijn handen haalt.
Kapot plastic blauw
juist op deze dag
waar alles schittert
zweeft en danst
lijk ik verdwaald
zie vreemde gezichten
uit een onbekend land
exotische talen
stemmen die twisten
wantrouwende ogen
half gesloten in kou
en striemende regen
met kapot plastic blauw
ze schuifelen colonne
vloeken verdomme
kinderen glijden uit
jengelen luid van
honger en dorst in
de vieze nattigheid
ze kijken mij aan
met wanhopige blikken
vol desillusie en argwaan
ben ik dan de herder
uit de stal met de kribbe
ja en ik laat ze niet gaan
Geduld
Wij mensen hebben soms weinig geduld
Alles moet in veel gevallen heel snel gaan
We willen niet graag lang in een rij staan
Wij zijn te druk met onze zaken vervuld.
Men zegt: “Geduld is een schone zaak”
Maar wij mensen hebben altijd haast
Vergeten belangrijke dingen inderhaast
En verzaken hierdoor wel eens onze taak.
Weest daarom te allen tijde geduldig
Laten we geduld hebben voor elkaar
Doe het goede en sta voor allen klaar
Weest elkaar niets dan liefde schuldig.
Gelukkig dat onze God veel geduld heeft
Hij heeft geduld met al onze zwakheden
Hij luistert geduldig naar onze gebeden
God de Heer, Hij die ons Zijn liefde geeft.
De Smalle weg
Kennen we nog, de smalle weg?
Met hindernissen, moeilijk begaanbaar
Of kennen we heg nog steg
En vragen er niet meer naar.
De smalle weg, die leidt tot God
In tegenstelling tot de brede weg, vol pracht
Maar die niet leidt tot God, als slot
Op het einde van de smalle weg, is God die wacht.
De smalle weg, die leidt naar de hemel poort
Wie moedig doorloopt, zal eens het licht zien
Daar waar de zang der engelen wordt gehoord
En waar we elkaar weer zullen zien, misschien.
Dat we allen de smalle weg mogen bewandelen
De keuze van het smalle pad
Dat we naar Gods wil mogen handelen
Dan worden we niet moede noch mat.