Freestyle Gedichten
Gedichten langer dan 160 tekens.
Tijdelijkheid
jij hebt schaduw
nooit direct benaderd
door haar andere impact
tegenover schijnend licht
zelden ging jij
daar uit jezelf op af
maar hield respect en
afstand van het gebeuren
zo gaf jij mensen
weer de tijd om zichzelf
bij te sturen na het
staan voor hetere vuren
er is geen strijd in
het grote niemandsland
dat licht en schaduw bestrijken
er is evenwicht in tijdelijkheid
Het vroegste uur
wat bleek nog
op het vroegste uur
en toch schreef
licht al een warm
welkom op de muur
in rood
gebroken kleurde
zon de opkomst
van een nieuwe dag
waarvan ik getuige was
ik zag de eerste
knoppen bloeien
hun doorzichtigheid
fluorescerend gloeien
breekbaar als kristal
heb de ijsbloemen
nog niet gewekt want
hun bevroren leven
zal pas in ontdooien
zuiver water geven
De nieuwe weg
ik heb
je tranen gezien
weet hoe hoog
jou het water
aan de lippen staat
de branding
heeft gestaag
rotsen ondermijnd
alle houvast lijkt
plotseling vervlakt
je bent
een speelbal
van de golven
die jou richtingloos
hebben bedolven
nog schijnt er licht
uit alles wat jij
ooit hebt weggegeven
die stukjes leven wijzen
jou de nieuwe weg
waarin het zelfbesef
weer vorm krijgt en
rijpt naar toekomst
met een perspectief waarin
jij van jouw vrijheid geniet
Chemo
ik wist hoe
de aderen
zich vouwden
als zij het niet
vertrouwden de
prik van het infuus
zij gaven zich
niet makkelijk bloot
verdwenen tussen
lagen huid en
kwamen er pas
later zichtbaar uit
hoe gladjes
alles ook ging
chemo deed zijn
verwoestend ding
al op weg naar
het plaats delict
mijn weefsel
heeft de weg
onthouden en
zal alles doen
om wat kapot is
weer op te bouwen
Vleugje oogcontact
jij hebt het
dna van geluk verspreid
door jouw fysieke aanwezigheid
overal waar jij
in de wereld hebt gestaan
is die door jou aangeraakt
zelfs het vleugje
oogcontact voelde al
als een heerlijk warm bad
je lach spatte er
ook altijd af in een
koesterende douche
waar jij ook verkeerde
daar leerde de wereld uit
niets blijdschap te genereren
jouw dna is uiterst besmettelijk
gebleken gelukkig houdt niemand
dit stukje paradijs nog tegen
Winters grauw
ik zag je bladerenspoor
maar daar waar kleuren
van de herfst nog dansten
donkerde dood in nieuwe kansen
je tekende de eerste kou
met ijzig wit in het ijle
blauw als voorbode van het
al snel naderend winters grauw
de eindeloze zomer
heeft meer dan alles gegeven
in uitzonderlijke oogsten tot
heel laat in de tijd van het jaar
na droogte is er
eindelijk toch volop regen
dat maakt de grond met humus
van het blad weer lente klaar
Lach en ogen
ik heb je ontmoet
maar ook virtueel
doe jij het goed
zelfs in dromen
mag ik steeds vaker
even bij je komen
ik voel je warm
om me heen als
in liefde gevangen
waarbij het blauwe
scherm al veel van zijn
kilheid heeft verbannen
lach en ogen stralen
als vanouds omdat jij
zegt dat je van me houdt
toch blijft de
echte liefdeslijn het
ontmoeten in samenzijn
dan is de puzzel klaar
van het dagelijks zoeken
naar het liefste van elkaar
In vloeibare herinnering
ik wist dat het
glas ooit zou breken
samen hadden wij lang
naar haar volmaakte vorm
en transparantie gekeken
zij gaf de
hoge zuivere toon
die als een droom
kristallen muziek
uit de hemel vibreerde
daar waar
anderen verscherfden
in kwetsbare posities
erfden wij de laatst
overgeblevene van het stel
in vloeibare herinnering
dronken wij vaak de
familiegeschiedenis uit
de ziel van de drank die
sprankelend glansde in glas
door die mysterieuze
verbondenheid raakten
wij haar uiteindelijk kwijt bij
het dramatisch stoten van een
droom tegen de harde werkelijkheid
Sfeer van magie
langzaam zag ik
wolken ontvolken
alleen op een wat
donkere rand was
nog iets aan de hand
daar blonken degens
en zwaarden in het valse
licht van een pittige bui
op aarde in de tweestrijd
tussen goed en kwaad
er waren geen geesten
daar aan het feesten
fictie schreef een eigen
verhaal voor mensen die
gewoon meer wilden weten
ging mee in gedachten
naar illustere krachten
en onbekende emoties
die spanning gaven om de
dagen minder grijs te maken
ja ik kijk en zie ze
heerlijk spelen daarbuiten
niet geremd door stenen
en ruiten maar vrij van materie
in de opwindende sfeer van magie
Lichtvoetigheid
zij had het gelukkig
niet hoog in de bol
bewaarde haar charme
voor onder de wol
sprankelde vrolijkheid
met een gulle lach
was in snel weerwoord
vrijpostig alert en gevat
kende de grenzen
in blikken en woord
over vriendschap en liefde
onschuld is altijd vermoord
haar lichtvoetigheid
leek zweverig in sfeer
maar haar rake bemerkingen
deden vaak later pas zeer
zij leefde met geesten
die in positivisme
altijd mee wilden feesten
wachtten met hen op de haan
haar gasten wisten
dat de party was gedaan
nog een laatste dans en kus
lief werden emoties gesust
Het blotevoetengras
jij veranderde
steeds de pas in
het blotevoetengras
een sprongetje of
huppelen al naargelang
je daar plezier in had
pas later na
de glinsterende dauw
danste jij de lichte strepen
waar het eerst
nog warm voelde
glansde nu de ochtendkou
ik heb de letters
gelezen die jij ongemerkt
voorzichtig hebt geschreven
een eerste boodschap
aan het alledaagse leven om
vandaag alleen liefde te geven
Stralende ogen
ik zag je
wenkbrauwen
licht gebogen
boven stralende ogen
wij doken
in de bloemenzee
jij nam het geurenkleed
vol zomerwarmte mee
bezaaid met
duizend kleuren
gebloeid uit het
nazomerse dessin
ons ravotten
werd later stoeien
tot jouw eerste kus
de stilte deed gloeien
bij het blauw van
hemel en ogen moest
ik in al mijn onwetendheid
ware liefde beloven
met schemer omgord
zijn wij naar huis gespoord
waar donker wachtte op excuus
hij was al eerder thuis
Bovennatuurlijke allure
ik heb de letters
in je ogen op een rij gezet
het alfabet keek niet blij
er waren wat manco's
in de schikking op klank
vooral klinkers klonken te lang
maar tussen de fonemen
liet jij je lachjes weten
over het kort taalgebruik
er wordt vandaag de dag
al veel gespuid en pardon loos
losgelaten in heftige emoties
de syntaxis wordt al
helemaal misbruikt door
lettergrepen naar de macht
gelukkig hebben jouw teksten
een bovennatuurlijke allure
in de uren dat jij lacht
Kleine stukjes huis
ik heb
mijn thuis gebouwd
met kleine stukjes huis
niets paste toen ik
voor de eerste keer
de voordeur open deed
kleuren zongen
hun disharmonie
vloekten zonder woorden
toch ben ik
aan de gang gegaan
met 50 tinten wit
het kaatste al
in licht verwachten
haar volledige balans
ik heb mijn ziel
met creatief uittreden
in iedere kamer uitgelegd
de sferen gaan
wij samen dromen
in liefdevol bewonen
ik ben niet van de
gewone er is geen haast
in de wereld van hiernaast
Licht bevriezend
ijskoud
tochtte schaduw
licht bevriezend
door de warme
kamers van je hart
het spontane
circuleerde niet meer
de geestdriftige
flow zwakte af naar
voorzichtig gevegeteer
waar is de bloem
die schoonheid bloeit
op de midwinterdag
ieder de warmste
kleuren in handen gaf
nog heeft jouw elan
niets ingeboet blijf
jij de verschijning die
met oog en hand nog
steeds respect afdwingt
in wilskracht is bloed
blijven stromen hebben
dromen jou een paradijselijk
perspectief gegeven in
openbaring van het leven
Klokt ook tijd
zacht op het
ritme van je hart
klokt ook tijd
zijn slagen
in vervliegen
zal niemand ooit
de zwaarte voelen van
verantwoordelijkheden
want waar seconden
dollen en minuten
uitgroeien tot
paradijselijke uren
is omzien geen last
zoals daar waar
druppels uiteindelijk
de emmer doen overlopen
toen heeft de geschiedenis
oeverloos gewacht
op de volgende fase die
de tijd in gedachten had
Overleden licht
wij wisten
dat zij kwamen
zagen waxinelichtjes
warmte dansen
zonder ademhalen
de haartjes op
mijn armen hebben
zich niet opgericht
er is geen angst
voor overleden licht
in het aardse
heeft het leven
jullie toegeschenen
in ogen en lach tot een
laatste afscheid nemen
juist het gaan
heeft pijn gedaan
wij hebben nooit echt
kunnen weten dat jullie
ons niet zouden vergeten
daarom komen wij samen
om het onafscheidelijke
te beamen dat jullie
altijd zullen blijven om met
ons geschiedenis te schrijven
Frivoliteiten
langzaam drijven
slingers en boogjes
uit het dagelijks zicht
speelse lachjes en
ondeugende ogen
donkeren licht
frivoliteiten kleuren
steeds minder het
verrassingsmoment
alsof de wereld
verhardt in hoekigheden
van scherpe lijnen
het soepele is
aan het verdwijnen
tolerantie zonder expansie
mensen worden
strakker aangehaald in
oude harnassen van fatsoen
het is de kou
die buiten doemt om
binnen warm te cocoonen
Op dood hout
ik schudde takken
op dood hout
dor blad
was al gevallen
in knisperend
kraken raken
mijn voeten
amper de grond
herfstmuziek
in mineur van
vergankelijke kleur
door wind gedragen
nog schijnt zon
vragen over
de zomer die
ons heeft verlaten
kil steken sprieten
in transparante staken
tegen ijzig blauw
lucht en vooral kou
Ken je dat ...
Ken je dat ...
Dat gevoel ...
Een sfeer die er hangt ...
Of je wellicht zelf creëert ...
Een gevoel van een ander ...
Waarin je jezelf in mee sleurt ...
Dat is een gevoel ...
Een gevoel wat een gevoelsmens herkent ...
Word je er zelf blij van ...
Nee, maar dit betekent wel
dat je je goed in een ander kan verdiepen ...
Net wanneer je zelf ook niet jezelf bent ...
Je krijgt een naar gevoel ...
Het zweet breekt je uit ...
Je hart klopt door heel je lichaam ...
Maar je kan niks doen ...
Dat gevoel ...
Dat gevoel, kan je niet uitleggen ...
Je wilt zoveel maar doet niks ...
Je wilt zoveel ...
Maar durft niks ...
Dat gevoel ...
Dat je je gewoon even helemaal naar voelt om een ander...
En dat zonder te weten wat er is ...