Freestyle Gedichten
Gedichten langer dan 160 tekens.
Gepasseerde stilte
zacht kwam
je lach ineens
uit de foto
diepten je ogen
een mysterieuze
blik die ik nog
niet kende uit
het vlakke gezicht
ik draaide
me af van
het volle licht
maar je ogen
volgden mij
met hun magie
in vergrootte
donkere pupillen
ik bleef staren
wachtte of jij
mij nog iets
zou openbaren
maar het moment
suprême was voorbij
in gepasseerde
stilte lachte jij
Beddingen van rust
zag je armen
wanhopig zwaaien
vingers vertwijfeld
graaien naar het
laatste stukje houvast
van het leven dat jij nu
niet meer in handen had
waar ooit
je dansante passen en
lach synchroniseerden
tot innemend zijn
brak nu dat beeld tot
de scherpste scherven
in diep gevoelde pijn
je schimde naar
het verdwijnpunt
van de werkelijkheid
ving vage blikken
van latente zieken in
karakteristieken ook hun
normen en waarden kwijt
je gleed niet af
maar heden had
geen toekomst meer
gebeden begeleidden
je nu naar beddingen
van rust waar alle
oorlogen zijn gesust
Kleurrijke gebaren
blij danste jij
in de bloemenwei
waar vele jaren
hun kleurrijke gebaren
met jou hebben gedeeld
nooit is er een
ondermaats geweest
zelfs niet in tijden waarin
zij door omstandigheden
veel hadden te lijden
jij bent altijd voor het
mooiste boeket gegaan
daarin stonden de kleinsten
en meest onooglijke heel
vaak pontificaal vooraan
jouw ogen
en handen hebben
hen altijd gekoesterd
wat er in aanleg ontbrak
was hetgeen jij hen gaf
heerlijk was het jou
te zien stralen als zij
op hun manier met
warm hart liefde en
lach naar jou kwamen
Hun zielen
ik heb je nooit
over water zien lopen
dat goddelijke miste je net
wel zag ik hoe
jij met schildershand
kusten uit zee liet verrijzen
idyllische havens met
oude stadjes en dorpen
die heuvelop deden vergrijzen
slechts eenmaal heb
jij jouw middelpunt
van de aarde getekend
basalt was ontdaan van
kleur en in contrasterend
zwart wit overgegaan
daar mengde jij alle
kleuren die land en zee
nodig hadden om te geuren
jij gaf de doeken hun
zielen weer terug uit de
unieke scheppingsblauwdruk
De diamanten dauw
uit schrale handen
spuiten geen fonteinen
zij koesteren het
vloeibaar goud voor
zinderende woestijnen
irrigeren in het
stille ochtenduur
de diamanten dauw
die door kou tot koele
druppels condenseert
zij zijn watergeesten
die nog wat nevelen
in de vruchtbaarste
seconden van iedere
eindeloze zonnedag
witte flarden zweven
al oplossend rond boven
het kraakheldere zand
dat ooit als paradijs
in alle boeken stond
Blonde duinen
in het rulle zand
stappen duizenden
bergen en daaltjes
zonder te laten zien
naar welke kant
zelfs de wind
zucht een kleine
rust waar schaduwen
zijn heengegaan het is te
heet om hier te staan
in dit niemandsland
heeft herkenbaarheid
geen sporen nagelaten
zon zindert en schuchter
komt vloed dichterbij
golfje voor golfje
herneemt de zee
zijn gladkoele strand
uit het hete zand zonder
sissen en te schuimen
een ritueel dat
al eeuwenlang
gezien wordt door
de met helmgras
beplante blonde duinen
Ereschulden
wij hebben het
weer aangekaart
de zoveelste keer
in ons leven
van kleine woorden
hoofdletters gemaakt
zodat iedereen ze
eindelijk kan lezen
waar wegkijken
onmogelijk wordt
en passie gezamenlijk
alle woede deelt
ook van lang geleden
omdat er nooit goed
op is gepast het
omvat de ereschulden
waarvan bloed
niet meteen aan eigen
vingers kleeft maar ook
zorgt dat niemand het vergeet
een oude wond met een
infectie die ons altijd
koortsig maakt maar niemand
voelt zich echt geraakt
Ankert tijd bestaan
zacht spinnen
mijn dromen
wervelingen in
luchten die het
bestaan anoniem
ontvluchten
zij zijn niet
benoemd
niemand heeft
in hun kleur of
opvallende vorm
de storm gezien
toch komen
heel langzaam
hoofdletters
uit de wirwar
van lijnen en
emoties gekropen
krijgt de droom
zijn plot en gaat
in sferen verkeren
die net even anders
zijn dan het gewone
dagelijks proberen
op het randje van
slapen en ontwaken
ankert tijd bestaan
kijk ik naar een
opklarende hemel
weet dat ik moet gaan
Griezelig manifest
uit de nalatenschap
van onze spoken is
iets losgebroken
de dreiging
is echt wordt nu
griezelig manifest
met miljoenen
doden geven zij ons
nu griep na de pest
wij waren erbij
alert in een behoorlijk
ontwrichte maatschappij
nog is er geen besef
hoe diep dit in zal grijpen
die wereld is niet te begrijpen
zij kan niet uitgaan van
leven want het is verboden
om menselijkheid te geven
nog zijn wij bezig chaos
te inventariseren het echte leven
kan alleen een vaccin ons geven
Onrustig weefsel
ik schreeuw
maar hoor
geen geluid
trek vacuüm
net onder de huid
waar onrustig
weefsel chaos
genereert die
ik niet beheers
in het
dagelijkse en
normale uiten
komt wanorde
naar buiten
nu stapelt het
in wachten
op de trigger
flikker op
stroomt onmacht
met fijngevoeligheid
verwoestende kracht
uit het stuwmeer
van onverwerkte
ellende die zijn
beperkingen al vlak
na de geboorte
voelbaar verkende
Rafels en pluizen
bevallig wapperden
flarden sierlijk
tegen de lucht
eindelijk bevrijd
en losgelaten uit
hun dagelijkse rust
jij hebt ooit
de wol gesponnen
garens gekleurd en
geweven en met
kromme naald het
patroon erin gedreven
die combinatie
van technieken
baarde het tapijt
waarop generaties
hun voeten uitgebreid
hebben gespreid
het kleed heeft
nu zijn functies
neergelegd gedag
gezegd aan vele levens
met alle smetten die
daar ooit aan kleefden
wind en zon
hebben de verbanden
blootgelegd in
rafels en pluizen ooit
zullen zij over hun bestaan
verhalen in andere huizen
Een wonder
zacht danste
geluid op
golven stilte
hun wisselingen
schreven wat
stukjes atmosfeer
waarvan de
kleuren het uur van
de dag bepaalden
in subtiel
onderscheid waren
zelfs dagen in bereik
daar waar
leven het ritme in
hartslag vertaalde
soms dacht ik
geluiden te zien
maar na analyse
bleek het
niet te verklaren
een wonder misschien
Omfloerste blikken
ik zag
je slanke vingers
lieflijk kleuren
met een
kleine knip
kwamen geuren
een zachte
wind streelde
het vermoeide brein
je lachte
ogen zeiden nu
mag jij jezelf zijn
ik vloeide langs
omfloerste blikken in
het loslaten van ikke
het is geen trance
mijn zielen zijn op pad
lichaam houdt de wacht
in ultieme vrijheid
lach ik de wereld toe zonder
oordeel voelt dat goed
omdat ik alles deel
en eindelijk besef dat
alleen samen het geheel is
Als wonder
ik kom ze
steeds vaker tegen
de pluizen als
dragers van leven
staar ze na
gedragen door
de wind die vast
een goed stekje vindt
wij adopteren
plaats en tijd voor
directe streaming
van wat er blijft
toeval en chaos
hebben ons nooit achter
de vodden gezeten want
wij willen alles weten
het is geen opzet
je intens te volgen
maar jouw spelen en jezelf
ontdekken is puur scheppen
het creatief proces
dat leven eigen is
wordt als wonder er
zomaar voor ons uitgelicht
Nattigheid
ik regen maar
de druppels
in mijn hoofd
spatten niet op
ze vallen
amper maar
vloeien samen
in meanderen
volgen het
hersenprofiel in
hun kronkelende
systematiek
vaag kleurt het
visuele centrum
de regenboog die
buien begeleidt
naast de
gangbare emoties
zoals haat en nijd die
mij soms overkomen
ik voel wel
nattigheid maar mij
ontbreekt de plu als
genenfoutje in het nu
Vogelvlucht
het regende gedachten
in het droge land
van talloze wijsneuzen
die constant wezen
naar steeds dezelfde kant
de aarde was gebarsten
toonde haar dorheid
in tal van scheuren door
een immens verlies van
kracht in verbondenheid
daar waar het laatste
groen verbrandde aan
boom en struik vocht men
zelfs om schaduw voor ieder
stukje onbeschermde huid
in snelle vogelvlucht
wat dagen terug naar
het stuwmeer en de dam
zij hebben natuur gestolen
maar hun water leeft niet lang
Geluk zonder pijn
jij hebt me
aan de hand
genomen we zijn
weggegaan zonder
vliegtuigstrepen
en afscheid nemen
je beloofde met
mij een nieuwe
wereld in te gaan
ik moest zien
ruiken proeven wat
er zo veranderd was
open je ogen zei
je alsof je tegen
een blinde sprak
maar ik keek normaal
en dacht verleden tijd
het voelde anders
dan gewoon op afstand
leek het een droom
met angstige schroom
mensen onbereikbaar
de wereld werd te
groot gemaakt terwijl
wij kleiner moesten leven
wel meer heldere
en schone luchten
zonder haast en stress
een bestaan niet besmet
met macht en geld
waar wij ook mondiaal
verbonden zijn in het
zoeken naar geluk zonder pijn
Wolkentuin
ik probeer
jou te creëren
in mijn wolkentuin
nog vaag is mist
als tranen bevriezen
in de ochtendkou
in het eerste
licht komt jouw
silhouet tot leven
strak aangegeven
tot warmte accenten
geeft aan het speelse
jij kleurt uit
net geboren wit
naar scharlaken rood
lacht uit
pure vitaliteit
je tanden bloot
ik moet je laten
gaan mijn vriend de
wind komt zo er aan
samen zijn jullie
ongemerkt in de
dampkring verdwenen
pas in het avondrood
ga ik op strand de lange
schaduw van je benen zien
Ijsheiligen
tot grote verbijstering
vroren ijsheiligen
vannacht bloesems
en knoppen kapot
alsof de strop
door corona
ons de adem al
niet deed stokken
schone lucht in
het met sterren
bezaaide zwartblauw
veroorzaakte strenge kou
net als de immense
droogte op grote hoogte
door het overvloedig
zonnig lenteweer
rookpotten en nevels
ze waren te laat
er komt geen oogst die
dit jaar de veiling nog haalt
Het pandimonium
zelfs voor
een geoefend oor
bleek het onmogelijk
in de wirwar
van geluiden
een leidend ritme
te ontdekken
chaos zegevierde
tot akkoorden
hun eigen pad
met lieflijke
tonen bedekten
waar in harmonie
melodie ontstond
je lachte
toen jij uit
het pandemonium
van herrie kwam
de buit schitterde
in je stem met
hemels geluid
hoge tonen
beloonden je
inspanningen van
binnenuit
warme tranen
kwamen er
pas later uit